Afbeelding

Spraakmaker JEROEN OLYSLAEGERS

cultuur

De in 1967 in Mortsel geboren Jeroen Olyslaegers schrijft romans, verhalen, columns (o.a. in Gazet van Antwerpen), scenario’s en is erg bekend in de toneelwereld. Zijn moeder was lerares en actief in de politiek, onder meer in Kontich ooit verkozen bij de gewezen Volksunie. Jeroen studeerde Germaanse Filologie aan de Universiteit van Antwerpen waar hij gradueerde met grote onderscheiding. Als romancier debuteerde hij in 1994 met de roman Navel: Theorema.

Na zijn universitaire studies werd hij drie jaar lang wetenschappelijk medewerker bij het Louis Paul Boon-documentatiecentrum (“ik adoreer Boon, mijn geestelijke vader, maar tegelijk wil ik mij ook van hem losmaken”).
Na zijn burgerdienst was hij verbonden aan het Vertoog & Literatuur-project en ging het gerucht dat hij berucht werd wegens zijn tequilafuiven (“een louterende ervaring”). Via een uitstekende uitstapregeling van de VDAB kon hij zich vanaf 1994 volledig aan het schrijven wijden. Hij schreef voor Humo, Menzo, Yang, Dietsche Warande & Belfort, De Andere Sinema, Millennium, Sample, De Vlaamse Gids, Maatstaf. Hij debuteerde toen ook met de roman Navel: Theorema bij de uitgeverij Kritak in Leuven. Hij was toen ook een tijd filmrecensent (samen met Tom Paulus) voor Humo (van midden 1996 tot eind 1997).
In 1996 verscheen zijn verhalenbundel Il faut manger bij Houtekiet, waarin Olyslaegers het vooral had over “de weemoedige jaren negentig”: hels, compact en geestig!
Toneelbetrokkenheid Nog in 1996 zag zijn eerste theatertekst het licht: Een bron a well awel/muzak. Zijn betrokkenheid voor toneel en theater werd steeds groter: De gebeurtenissen (1997), De invreter (2000), Glamor is undead (2001), Diep in de aarde, dieper in uw gat (2001) e.a. slechts onderbroken door de roman Open gelijk een mond (1999). Met inhoudelijk veel figuranten, video’s en schriftjes schetst Olyslaegers een fragmentarisch beeld van verschillende subculturen. Het perspectief wisselt voortdurend. Alles tolt en ook de ‘Witte Marsen’ worden van cynisch commentaar voorzien, hard en verwarrend: België de jaren negentig.
De volgende jaren gaat de meeste aandacht naar de dramaturg Olyslaegers met onder meer De invreter, OverlopeR, Mood on the Go, Uw darmen een marktonderzoek, Wolfskers.
Na tien jaar verschijnt nog eens een werk van lange adem met de duivels sterke roman Wij, het verhaal van een groep dertigers die zich in 1976 terugtrekt op een berg aan de Costa Brava om er te feesten. Zij ontsporen en de tragische held is Georges. Een raadselachtige, filmische roman met onvergetelijke personages en waanzinnig sterke dialogen.
Het is het begin van een W-trilogie. In het tweede deel, Winst (2012) staat Donald, een gesjeesde kunsthandelaar centraal. Hij is aardig op weg om alles wat hij liefheeft te verliezen. Zijn kansen lijken te keren wanneer hij wordt uitgenodigd een tentoonstelling te organiseren in Berlijn. Samen met zijn ex-vrouw en zijn zoon stort hij zich in de lange nacht van een door apocalyptische extravaganza en kale machteloosheid verdeeld Berlijn.
In 2016 verschijnt het derde luik, Wil, een oorlogsroman die in Antwerpen speelt. De stad wordt bezet door geweld en door wantrouwen tijdens de Tweede Wereldoorlog met op de achtergrond de Jodenvervolging. Het hoofdpersonage Wilfried Wils moet als hulpagent zien te overleven. Jaren later vertelt hij zijn verhaal aan een van zijn nakomelingen.
De zielhouderij Enkele maanden geleden verscheen De zielhouderij, de beschrijving van de persoonlijke zoektocht van de auteur naar riten voor vandaag en de oprichting van een organisatie die riten op maat aanbiedt. Dit essay is een openhartig verslag: samen met Yves Heylen, Karen Peger en zijn vrouw, de zangeres Nikki Van Lierop, richtte Olyslaegers ‘De zielhouderij’ op, een organisatie die rituelen opnieuw een centrale rol wil geven bij grote en kleine momenten in ons leven.
Ondertussen werkt Olyslaegers aan een volgend boek dat in het teken staat van het 16de-eeuwse Antwerpen, Pieter Bruegel de Oude en de Dulle Griet.