Afbeelding
Portret ... van een achterhuis met allure en een ‘uitgelezen’ kleinste kamertje cover

Portret ... van een achterhuis met allure en een ‘uitgelezen’ kleinste kamertje

Portret

Op een zekere dag kreeg ik via WhatsApp twee foto’s doorgestuurd met daaronder de tekst ‘Al geweest? De moeite waard. Beperkte opening, maar echt knap!’

Op de eerste foto kon ik lezen dat het om de Hofkamer ging en op de tweede foto zag ik een prachtige plafondschildering. Vooral die laatste foto trok mijn aandacht.

Dus zocht ik op het internet wat informatie en kwam ik te weten waar en wanneer je de Hofkamer kon bezoeken. Het bleek in de tuin van het huis Den Wolsack te zijn in de straat ‘Oude Beurs’ in Antwerpen. Nu was mij het huis wel bekend net als de straat, maar van de Hofkamer had ik nog niet gehoord.

Om mijn horizon te verruimen, trok ik er op een zaterdag naartoe. Ik kon er terecht van 14.00 tot 16.00 uur. De ontvangst door de mensen van Herita* was zo spontaan vriendelijk dat ik me er dadelijk thuis voelde. Een gids, van wie ik de naam niet meer weet, nam me eerst weer mee naar buiten om wat uitleg te geven over de straat, de buurt en het huis zelf. Die man wist het goed en met zoveel enthousiasme te brengen dat ik nu al zeker weet dat ik nooit meer zal vergeten wat hij me vertelde. Ik hoopte dan ook dat hij me zou rondleiden in de Hofkamer, want een goede gids is goud waard! Dat bleek niet zo te zijn. In de plaats daarvan was er een audiogids, die je met de warme en mooie stem van Joren Seldeslachts rondleidde. Het moet gezegd, ook dat was een voltreffer: het leek precies of de huiseigenaar, Franciscus Van den Bogaert - die in de 18de eeuw de aanzet gaf om het achterhuis om te vormen tot een pronk- en ontvangstzaal - me zelf uitnodigde in zijn prachtige gebouw. Nog twee pluspunten: de audiogids werkte voortreffelijk en de vertellingen waren nooit te lang en altijd heel accuraat.

Na wat uitleg over de tuin en de prachtige voorgevel van de Hofkamer - met als blikvangers de ‘wildeman en wildevrouw’** die de deuropening op de eerste verdieping flankeren - het geveluurwerk en een armillarium (een hemelbol bestaande uit verschillende ringen) werd ik het achterhuis binnengeleid. In de ontvangstkamer beneden ontdekte ik de plafondschildering, die mij hier bracht: ‘De Goden op de Olympusberg’. Indrukwekkend! Het was onmiddellijk duidelijk dat dit achterhuis vooral indruk moest maken op bezoekers en moest aantonen dat de bouwheren over veel geld beschikten.

Op de eerste verdieping trok vooral het toilet mijn aandacht. Dit ‘kabinet’, zoals het kleinste kamertje in de achttiende eeuw werd genoemd, is een echt pronkstuk. Het is volledig aangekleed met houten boekenruggen en zelfs de toiletpot heeft het uitzicht van een stapel boeken. Het is een juweeltje en het was zeker heel wat leuker om daar je behoefte te doen dan in de toen bestaande publieke ‘kakhuyskens’. Ik las trouwens achteraf dat het een unicum is in West-Europa. Voor Franciscus Adrien Van den Bogaert, die op deze verdieping een bureau had, was het pure luxe! Ik kon het niet nalaten om even weg te dromen naar de achttiende eeuw en zag in mijn gedachten Franciscus opstaan vanachter zijn bureau en plaatsnemen op het toilet, terwijl hij fier uitkeek op zijn tuin.

Via een wat moeilijk te betreden trap kwam ik op de zolder, waar zich het mechanisme van het geveluurwerk bevindt. Ik was echt onder de indruk van al zoveel technische hoogstand in die tijd. Verder viel daar nog allerlei oud gereedschap te bewonderen.

Die Hofkamer, goed verborgen achter het imposante huis ‘Den Wolsack’ is echt het bezoeken waard. Ik kan de berichtgever, die mij er via Whatsapp op attent maakte, alleen maar gelijk geven!

Op het einde van mijn bezoek kocht ik nog een infoboekje met allerlei leuke weetjes over de Hofkamer. Tot mijn genoegen staat er ook een wandeling in beschreven met als thema ‘Statussymbolen’.

Bij het verlaten van het gebouw, keerde ik me nog eens om richting de Hofkamer en droomde ik ervan zelf zo’n kamer met boekentoilet te bezitten. Maar ik weet allang dat dromen bedrog zijn en dus ben ik al blij dat ik dankzij Herita dit prachtige juweel heb kunnen bezoeken.

*Herita vzw is een onafhankelijke ledenbeweging en een netwerkvereniging, die iedereen met een hart voor waardevolle gebouwen, landschappen en archeologische sites samenbrengt en ondersteunt.

**In de 15de eeuw werden aan het wapen van Antwerpen een wildeman en een wildevrouw als schildhouders toegevoegd. Volgens een oud volksgeloof stelden de wildeman en wildevrouw de oorspronkelijke bewoners van het land voor, die op primitieve wijze in de wouden woonden. Als tekens van het feit dat het wilden zijn, zijn ze alleen gekleed met klimopbladeren en dragen ze een knots.

Tekst en foto’s: © Annie Poelmans

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding