Afbeelding
Mira, of de teloorgang van de koekjeshoek

Mira, of de teloorgang van de koekjeshoek

Culinair

Wat heeft Mira met koekjes te maken en wat zoekt ze in Mortsel? Wie kent de eigenzinnige, sensuele Mira nog, de frivole deerne die alle mannen graag ziet? Willeke van Amelrooy speelde de rol van Mira en was in de jaren zeventig van de vorige eeuw zowat het eerste sekssymbool van het witte doek in Vlaanderen. De Waterhoek ligt niet aan de Koude Beek in Mortsel. Het is een gehucht aan de Schelde, dat zijn rust dreigde te verliezen wanneer van hogerhand besloten werd een brug over de rivier te bouwen. De Mirabrug over de Durme bestaat nog. De postiljon gaat op zoek naar de vergeten koekjes van Mortsel, ontdekt de afgebroken brug in onze stad en de zoete zoentjes van weleer.

Heeft de derde generatie koekjesbakkers in Mortsel ooit ‘Mira, of de teleurgang van de Waterhoek’ gezien? Ik mag het hopen. De naam Mira verscheen op de koekjestrommel van de Biscuiterie Jespers aan de Van Peborghlei vlak bij de geheugenplaats van Mortsel: ‘de afgebroken brug’. Heeft het meesterwerk van Streuvels ‘De teleurgang van de Waterhoek’ de koekjesbakkers van Mortsel op een idee gebracht, of was ‘Mira’ gewoon een leuke naam? We weten het niet. Mira is een meisjesnaam die vooral populair is bij de Indische en Slavische volkeren. De naam Mira komt oorspronkelijk uit verschillende taalgebieden en heeft dan ook meerdere betekenissen. In het Hindi staat Mira voor de zee of de oceaan, in het Slavisch voor vrede en in het Spaans voor wonderbaarlijk. Ook het Latijnse ‘mirabilis’ betekent wonderbaarlijk.

In de blikken trommel vond je inderdaad een ‘wonderbaarlijke’ mengeling van zoete lekkernijen. Het bambiwafeltje was één van de topproducten van Biscuiterie Jespers. 1,5 ton zoete wafeltjes bedekt met chocolade, rolden per dag uit de oven. Op de voet gevolgd door de ‘kisses’ van Mortsel. Verwijst de naam van dat koekje naar het liedje van ‘Brotherhood of Man’ ‘Save Your Kisses for Me’, het winnende nummer op het Eurovisie Songfestival in 1976, één van de bestverkochte singles aller tijden in het Verenigd Koninkrijk met een omzet van meer dan één miljoen exemplaren? In Engeland kregen de spuitkoekjes echter een andere naam: ‘filled Viennese shells with chocolate flavoured filling’. Deze koekjes lijken inderdaad een beetje op de Weense sabelkoekjes versierd met chocolade.

Meer dan 100 naarstige vrouwenhanden vulden trommels met zandkoekjes of sablés, harde makarons, dessertkoekjes bobos of Karina, harten speculaasjes, torontos en eierkoekjes, apollo’s, butter choc royal, milanos, sprits of Lolita’s. De ruim twintig verschillende soorten koekjes die verpakt en verzonden werden, veroverden zo het hart van heel wat zoetekauwen in binnen- en buitenland.

(lees verder onder de foto)

In 1986 bestond de vereniging van koekjesfabrikanten in ons land 50 jaar. Ter gelegenheid van deze verjaardag werd in het stadhuis van Brussel een tentoonstelling ‘De wondere wereld van het koekje’ ingericht. Koning Boudewijn bezocht de retrospectieve en kreeg als gelegenheidsgeschenk koekjes met het portret van koning Albert en koningin Elisabeth. Het koninklijke dessert ‘dessert royal’ werd geboren.

Biscuiterie Jespers lag erg strategisch op een knooppunt van belangrijke invalswegen vlak bij de Antwerpsestraat en de Vredebaan. Dat was belangrijk voor het transport van grondstoffen, afgewerkte producten en de levering van industriële snij-, kneed- en spuitmachines, verpakkingstoestellen en ovens. Machines kwamen uit Oostenrijk, maar ook uit Mortsel. De firma Ooms uit Mortsel bouwde verschillende machines voor de koekjesfabriek. Het bedrijf Verbert verzorgde het transport.

In het familiearchief van de familie Jespers vonden we talrijke recepten voor de koekjes van Mortsel. Aan de basis liggen steeds dezelfde ingrediënten die je ook terugvindt in onze keuken thuis.

(lees verder onder de foto)

Charles Peeters was de proefbakker in de fabriek Jespers. Hij creëerde vaste en malse degen, wafeldeeg en korstdeeg, vloeibare deeg en eierdeeg. Met het vaste deeg maakte hij droge biscuits, zoals petit beurre, de soldatenkoek en het kinderkoekje. De zandkoekjes werden gemaakt met het malse deeg. Je mengde dan gelijke hoeveelheden bloem, suiker en vetstoffen met elkaar. Verving je de witte suiker door bruine en voegde je een snuifje kaneel toe dan had je lekkere speculaas. Voegde je bij het malse deeg eieren, dan kreeg je een beslag voor wafels. Korstdeeg is arm aan bloem en rijk aan suiker en vetstoffen. Zo maakte je dan weer je amandelkoekjes en kleine taartjes. Vloeibaar deeg bevat veel water en bloem en weinig of geen suiker of vet. Met vloeibaar deeg maakte je gevulde wafeltjes. Gebruikte je veel eieren en weinig en soms geen bloem, dan had je eierdeeg, goed voor boudoirs, lepelbiscuits en allerlei soorten biscuits.

Het spel met bloem, suiker, boter, melk en eieren zorgde voor de heerlijkste koekjes in Mortsel.

Bronnen: familiearchief Jespers, Koninklijke Vereniging voor de Biscuitnijverheid

Met dank aan Frank, Ann en Karl Jespers

Bewerking foto’s: © F. Van Roosendael

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding