Afbeelding
Later wil ik stuntman worden

Later wil ik stuntman worden

Nieuws

Detty Verreydt (°1950), - het is wel degelijk Detty en niet Betty - classica van opleiding, schrijft geëngageerde verhalen en boeken, vaak voor beginnende lezers. Thema’s als omgaan met bejaarden, daklozen, kansarmen, de relatie van kinderen met ouders, grootouders en dieren, werkte zij uit op een gevoelige, maar sobere manier. Vriendschap is een essentieel begrip in haar werk.

Vooraleer zichzelf aan het schrijven te zetten van boeken voor de jeugd, was zij actief als recensente van kinderboeken: zij schreef om en bij zestig jeugdboeken voor ‘De Boekenboot’, een tijdschrift over kinder- en jeugdboeken.

De grote doorbraak

Zij debuteerde in 1985 met Zeven zoenen voor Bram (uitgeverij Davidsfonds/Infodok). Sindsdien is schrijven voor Verreydt levensnoodzakelijk. Zij besloot toen ook er nooit mee op te houden. De grote doorbraak kwam er met Later wil ik stuntman worden (uitg. Bakermat) en Een bed van beton (uitg. Bakermat), twee tienerverhalen rond Wim en zijn kansarme vriend Andy, die een realistisch beeld geven van zwervers en kansarmen. Voor dat boek kreeg ze de Boekenleeuw. In Later wil ik stuntman worden valt aanvankelijk de eerste schooldag mee voor Wim, want juf Kristin is echt heel lief. Naast Wim zit een nieuwe leerling, Andy. Wim vindt Andy tof, maar ook wat vreemd. Andy heeft zijn boeken gekaft met reclamepapier, als middagmaal eet hij een Mars en zijn huistaken komen verkreukeld uit zijn boekentas. Toch vraagt de juf aan Wim om Andy niet in de steek te laten. Andy wordt het mikpunt van pesterijen en Wim raakt zijn vrienden kwijt, omdat hij het voor Andy opneemt. Wanneer er op school een diefstal wordt gepleegd, is Andy de ideale zondebok. Geleidelijk aan kom je als lezer meer te weten over Andy’s thuissituatie. Zijn zusje zit in een tehuis vanwege mishandeling, er is geen geld voor het eten, vader zit vaak in de kroeg naast zijn werk als ‘hondenpoepveger’. Moeizaam houdt Andy het hoofd boven water, maar hoe red je het in zijn situatie?

Heldere taal en positieve boodschappen

De spannende en mysterieuze jeugdroman De druïde van Kerleac (uitg. Bakermat), gesitueerd in Bretagne, werd bekroond met de Jeugdjuryprijs.

Verreydt schreef ook verhalen voor kinderen met leesproblemen en over dingen die ze in haar gezin beleeft of over zaken die haar bezighouden. Zinvolle verhalen zijn het, geschreven in een heldere taal met een positieve boodschap. Graag heeft zij het ook over familierelaties en maatschappelijke problemen.

Daarnaast maakte zij confronterende en humoristische prentenboeken als De kast van koning Leopold (uitg. Bakermat) en het filosofisch getinte Floeze en Floris (uitgeverij De Standaard).

Detty Verreydt maakte vooral opgang bij de uitgeverijen Infodok van het Davidsfonds, de destijds Mechelse uitgeverij van jeugd- en kinderboeken Bakermat, bij de uitgeverij van Averbode en die van de Eenhoorn, in 1990 opgericht en meteen in de kijker door de gedurfde vormgeving en vaak bekroond met onderscheidingen. Zij trok ook de aandacht van de Nederlandse uitgever Nijgh & Van Ditmar.

Nog titels

Geen kooi voor Takka (uitg. Davidsfonds/Infodok), Het bereboek (Uitg. Davidsfonds/Infodok), Waddel (Uitg. Davidsfonds/Infodok), De dromen van Nahum (Uitg. Infodok), Een spook in het witte huis (Uitg. Averbode), Villa Matilda (Uitg. Davidsfonds/Infodok), Een trui van Paco Pitti (Uitg. Davidsfonds/Infodok), Meester Ernestine (Uitg.Nijgh & Van Ditmar), Staartendief (Uitg. Bakermat), Vier opa’s en vijf oma’s (Uitg. Bakermat), Dromen van Koerdistan (Uitg. Kok Educatief), Een bel naast je bed (Uitg. Davidsfonds/Infodok), Zonder papa (Uitg. Averbode), Blijf bij mij wonen (Uitg. Nationaal Centrum voor Jeugdliteratuur), Jan Smeerman (Uitg. De Eenhoorn), De kinderen van Pomelinka (Uitg. De Eenhoorn), Het huis van de lijster (Uitg. Nijgh & Van Ditmar), Argus (Uitg. De Eenhoorn), De baby uit de bloemkool - En waar kom jij vandaan? (Uitg. Lannoo), Argus en het flessenspook (Uitg. De Eenhoorn), Wachten op Venusta (Uitg. Averbode)

Zwart als inkt, het verhaal van Sneeuwwitje en de zeven dwergen van WIM HOFMAN is niet zomaar een bewerking van een sprookje, maar een interpretatie die ingaat op de psyche van de verschillende personen. Net als in de oerversie van Grimm is de stiefmoeder weer een moeder die jaloers is op de schoonheid van de dochter. Hofman verbindt die jaloezie met het gedrag van de vader die oorlogvoeren belangrijker acht dan zijn aanwezigheid thuis. Sneeuwwitje is niet alleen het toonbeeld van onschuld, maar is ongeduldig, spontaan en naïef als een kind zonder leeftijd. Door de toevoeging van beschrijvingen, briefjes, psychologische verklaringen en een eerherstel voor het oorspronkelijke einde werd Hofmans verhaal veel langer. Door zijn keuze voor een prozagedicht waarin enjambementen, beeldspraak, opsommingen en neologismen hoogtij vieren, werd deze bewerking een stilistisch hoogstandje. Dankzij de grafische accenten in zwart en rood oogt het ook bijzonder. Het boek werd bekroond met een Gouden Griffel en de Woutertje Pieterse Prijs.

John Rijpens