Afbeelding

Eenzaamheid en verveling zijn slechte raadgevers

Maatschappelijk

Communicatie is levensnoodzakelijk voor alle levende wezens. Planten en bloemen tonen op een specifieke manier hun gemoedstoestand, hun vrolijkheid, hun wantrouwen. Soms hebben zij ‘tussenpersonen’ – natuurelementen of dieren – nodig om uiting te geven aan hun gevoelens of om voor hun voortplanting te zorgen. Dieren en mensen gebruiken lichaamstaal, gebaren, geluiden, gedragspatronen of spraak om hun diverse gevoelens over te brengen. Waarom begrijpen we elkaar dan toch zo slecht?


Mensen hebben er muziek, het geschreven woord en geluid-, signaal- en beeldtransport aan toegevoegd. Mensen hebben, als enige in de schepping, de mogelijkheid gekregen om erbij na te denken. Daarom communiceren wij haast altijd met voorbedachten rade. Alleen kinderen en de simpelsten van geest – wat niet hetzelfde is – durven een uitzondering te maken op deze regel. Zij kunnen nog met een ontwapenende mentaliteit de ingestudeerde, soms voorspelbare ballon van de volwassenen doorprikken.


Nog nooit heeft de mensheid zoveel middelen ter beschikking gekregen om snel en efficiënt te communiceren als vandaag, met al dan niet mobiele telefonie, fax, internet, televisie, satellieten, e-mail, alsmaar meer sociale media en wie weet wat ons in de nabije toekomst nog te wachten staat. Hoe komt het dan toch dat zo weinig mensen doeltreffend gebruik maken van deze hulpmiddelen, dat mensen overspannen raken van de hoeveelheid druk waaraan ze blijkbaar moeilijk kunnen weerstaan?


Hoe omvangrijker de wereldbevolking wordt, hoe jachtiger het leven wordt


Volgens de jongste tellingen zouden we vandaag met 7,75 miljard mensen op onze planeet verblijven. Elke dag komen er gemiddeld 227.000 mensen bij. Zowat 60 procent van hen leeft in Azië. In de periode van 1750 tot 2000 is de bevolking van Europa gestegen van 163 miljoen naar 730 miljoen. Het mag ons niet verwonderen dat de druk op de mensen in stijgende lijn gaat.


Hoe meer mensen in de eerste plaats met zichzelf bezig zijn, hoe belangrijker de rol van interne en externe communicatie wordt. De druk van de overbevolking in bepaalde regio’s is zo groot dat mensen gewild geïsoleerder gaan wonen, in de natuur zowel als in hoge betonnen dozen, weg van de drukte, ieder op zijn of haar eiland, weg van de mensen, weg van de communicatie. Mensen leven jaar na jaar verder van elkaar. De mens verdwaalt in het doolhof van zijn uitvindingen en comfortsituaties.


Hoe meer de technologie, de hebzucht en de macht van ons bezit neemt, hoe eenzamer de mens wordt, vooral als hij om welke reden dan ook niet deelneemt aan de economische en elektronische ratrace. Eenzaamheid en verveling zijn de ergste kwalen van de moderne maatschappij en kunnen alleen vermeden of voorkomen worden door een intensievere communicatie die evenveel belangstelling toont voor de mens als voor de machine en waarbij luisteren even belangrijk is dan praten. Niemand kan een remedie voorschrijven als hij de klachten niet kent. Praat met elkaar. Luister naar elkaar. Eenzaamheid en verveling inspireren mensen alleen maar tot daden die ze nadien betreuren.


Mondigheid neemt toe


De evolutie van ons onderwijs en de beschikbaarheid van een dagelijks toenemend aantal uitvindingen en toepassingsmogelijkheden, hebben de zwijgende meerderheid mondiger gemaakt, waardoor de druk op de gezagvoerders stijgt. Iedereen wil baas zijn over zichzelf. Gezag wordt nauwelijks nog getolereerd. Leerlingen willen bepalen hoe leraars hen moeten beoordelen. Politiekverkozenen vergeten na de verkiezing wat ze hun kiezers beloofd hebben.


Consumenten zijn mondiger geworden, verlaten traditionele paden wanneer hun leveranciers niet aan hun wensen tegemoetkomen. Consumenten verwachten dat winkels beschikbaar zijn wanneer het hen past. Dat heeft voor de opkomst van e-commerce gezorgd.


Kinderen spreken vandaag op zeer jonge leeftijd een taal die de vorige generatie nauwelijks waagde te gebruiken in hun tiener- en twenjaren. Kinderen zijn nog onbevangen, kennen nog niet alle knepen van de diplomatie, maar luchten hun hart zoals zij het aanvoelen en gebruiken daarbij vaak woorden of formuleringen die verrassen.


Voorbeeld


Bij mijn overbuur gedroeg de dochter zich op driejarige leeftijd ietwat ongewoon voor haar leeftijd en dit stoorde haar vader. Hij riep haar bij zich en zei: ‘Ik vind dat we eens moeten praten. Ik ga niet akkoord met de manier waarop jij reageert als je moeder je iets vraagt. Ik vind dat we daarover eens ernstig moeten praten.’


De dochter van drie (sic) keek haar vader aan en antwoordde: ‘Papa, in dit soort gesprek heb ik geen zin.’ Ze keerde zich om en ging naar haar kamer. De vader was zo van de hand Gods geslagen dat hij niet meteen wist wat te antwoorden. Drie jaar!


Frank Blatt