Jouw identiteit ... Zoveel meer dan je afkomst!

Fik blogt

Vorige week dook de term identiteit op in de media. Volgens Bart De Wever gaat de doorsnee Vlaming ‘gecrispeerd’ om met zijn identiteit … Om de draagwijdte van de uitspraak te beoordelen, moeten we eerst even stilstaan bij de betekenis van ‘identiteit’. De omschrijving die we in Van Dale vinden, is op zijn minst verwarrend. Enerzijds betekent identiteit ‘gelijkheid’ en anderzijds ‘eigen karakter’. Of misschien is dit toch niet zo verwarrend, wanneer we ervan uit gaan dat mensen hun identiteit bewijzen door de eigenschappen van hun unieke karakter. Hoe je het ook draait of keert, de term draagt een zekere tweeslachtigheid in zich. Misschien is het wel daarom dat de doorgaans nuchtere en terughoudende Vlamingen zichzelf niet massaal achter eenzelfde vlag scharen? Laat staan dat ze zich op de borst kloppen en liederen scanderen uit enthousiasme voor de streek waar hun moeders toevallig verbleven toen zij het levenslicht zagen …

Gaat identiteit niet veel verder dan de band die men heeft met de plaats waar men geboren wordt of leeft? Zo spreekt men van een persoonlijke identiteit, waarbij filosofen zich afvragen of een mens wel ‘dezelfde’ mens blijft gedurende zijn ontwikkeling. Volgens postfreudiaans psycholoog Erik Erikson ontwikkelt een mens zich in 8 fasen, tijdens dewelke hij of zij leert om tegengestelden te integreren in zijn persoonlijkheid. Chronologisch zijn dit de eerste 5: vertrouwen vs. wantrouwen (tot 1 jaar), autonomie vs. twijfel en schaamte (tot 3 jaar), initiatief vs. schuld (tot 6 jaar), vlijt vs. minderwaardigheid (tot 12 jaar). De fase van de identiteitsontwikkeling komt aan bod tijdens de adolescentie (van 12 tot 20 jaar) en hierbij bestaat het risico van rolverwarring of de situatie waarbij een opgroeiende jongere zich geen eigen identiteit als volwassene kan eigen maken. Verder onderscheidt men in heel wat vakliteratuur de sociale, de culturele en de nationale identiteit. Wat zal er gebeuren wanneer we onze kinderen tijdens de opvoeding bijbrengen dat ze geboren werden in het land ‘Aarde’ en behoren tot het volk ‘mens’? Dat hun culturele erfgoed bestaat uit alle realisaties en pogingen om op een duurzame en vredevolle manier met elkaar samen te leven. En dat hun opdracht erin bestaat om hun passies en hun talenten daar eveneens voor in te zetten.

Dat alles wordt mogelijk, wanneer we tijdens de ontwikkeling van onze kinderen (opvoeding en onderwijs) de focus consequent leggen op vertrouwen, autonomie, initiatief en vlijt. Alleen op deze manier kunnen onze kinderen een gezonde identiteit ontwikkelen, die hen in staat stelt om constructieve intieme relaties aan te gaan, zich te engageren voor het lot van toekomstige generaties en op een integere manier in het leven te staan. Dank bij voorbaat voor uw bijdrage!

Fik.verbiest@periodiekske.be